Autisme en sociale angst Deel 1
Schilderij acryl: : M. Pijler Autisme en sociale angst
Inleiding
Bij mensen met autisme komt sociale angst vaker voor. Autisme is anders dan sociale angst. Je kunt ook sociale angst hebben, maar geen autisme. Bij een persoon met een sociale angststoornis is de neuroceptie niet goed afgestemd. Zelfs als het veilig is lukt het deze persoon niet om tot kalmte te komen. Het autonome zenuwstelsel blijft alarmbellen afgeven terwijl er geen gevaar is. Het autonome zenuwstelsel is ontregeld.
Niet de gedachten aanpakken, maar je lichaam (zenuwstelsel).
Waar gaat dit blog over?
- Wat is sociale angst?
- Welke beperkingen hangen samen met het ontstaan van sociale angst bij mensen met autisme?
- Welke lichamelijke symptomen kan je ervaren bij sociale angst?
- Wat zijn de gevolgen van sociale angst?
- Hoe kan je sociale angst verminderen?
- Wat is selectief mutisme?
1. Wat is sociale angst?
- Angst voor situaties waarin je denkt dat je bekeken, uitgelachen of vernederd zult worden.
- Iemand met sociale angst is voortdurend bang om zich in het bijzijn van anderen belachelijk te maken.
- In een groep moeten staan of zitten en iets (moeten) zeggen geeft zoveel spanning met als gevolg dat je deze gaat vermijden
- Een verjaardag is voor mensen met een sociale angst zeer beangstigend.
- Vermijden van de gevreesde sociale situaties zoals naar een winkel gaan of een praatje maken met de buren of de deur niet open doen als er wordt aangebeld
- Niet realistische verlammende voorspellingen over zichzelf en reacties van anderen ofwel altijd denken dat het niet goed zal gaan
- Overdreven negatief beoordelen van eigen functioneren in sociale situaties ofwel altijd denken dat je het toch niet goed doet
- Zelfgerichte aandacht: je let vooral heel erg op jezelf, hoe je doet en wat je aan jezelf merkt i.p.v. dat je aandacht hebt voor wat er om je heen gebeurt
De vermijding, de angst in de gevreesde sociale situatie(s) hebben veel invloed op het dagelijks functioneren. Bovendien gaat angst altijd gepaard met lichamelijke klachten.
2. Welke beperkingen hangen samen met het ontstaan van sociale angst bij mensen met autisme?
- onzekerheid over veranderingen
- sociale verwachtingen en daaraan willen voldoen om normaal gevonden te worden
- bepaalde geuren of geluiden slecht kunnen verdragen
- bepaalde sociale situaties die veel spanningen geven (naar instanties gaan, de huisarts, tandarts etc)
- hoge verwachtingen, druk en eisen vanuit het gezin, school of werk
- specifieke situaties, bijvoorbeeld grote menigten, drukte en lawaai
- gepest worden of in het verleden gepest zijn
- moeite met wennen in nieuwe situaties (school, werk)
- moeite met aanpassen aan onbekende mensen zoals mede leerlingen of collega’s
3. Welke lichamelijke symptomen kan je ervaren bij sociale angst?
- blozen (rood worden of vlekken in de nek)
- gevoel dat je keel op slot zit (je kunt niet of nauwelijks praten)
- wankel en slap gevoel
- zweterig, misselijk en ziek voelen
- slapeloosheid, nachtmerries.
- schrikachtig gedrag
- hartritmestoornissen
- kortademigheid
- trillende handen
- buikpijn, hoofdpijn, spierkrampen
- droge mond
4. Wat zijn de gevolgen van sociale angst?
Sociale angst kan uiteindelijk leiden tot het vermijden van allerhande sociale situaties. Denk bijvoorbeeld aan:
- Niet meer naar school gaan
- Niet meer naar het werk gaan
- Niet (meer) durven te bellen of te appen
- Niet meer op bezoek gaan of bezoek ontvangen
Doordat je denkt dat het niet goed gaat ontstaan er lichamelijk angstsymptomen. Door deze nare lichamelijk symptomen ga je de vermijding in. Dat gebeurt onbewust. Je kunt er niets aandoen ofwel het is geen teken van zwakte of niet slim genoeg zijn.
5. Hoe kan je sociale angst verminderen?
Om angst te verminderen wordt vaak ingezet op het veranderen van je gedachten en op het ontstaan van de sociale angst. Bijvoorbeeld door Cognitieve Gedrag Therapie of trauma therapie. Wat veel minder aandacht krijgt, is het grip krijgen op de lichamelijke symptomen van angst. Yoga en ademtechnieken aanleren kunnen helpende zijn om te kalmeren of om preventief in te zetten. Toch zie je vaker weerstand tegen deze oefeningen bij mensen met autisme. Het contact met het eigen lichaam is niet altijd aanwezig en dan lijken deze technieken niet aan te slaan. Daarnaast hebben mensen met autisme een beperking in de verbeelding. Het is dan te abstract om bijvoorbeeld mindfull nes oefeningen eigen te maken. Metaforen (uit de ACT) werken soms uitermate goed, maar ook niet bij iedereen.
Mensen met autisme willen iets begrijpen, beredeneren en analyseren. Geen vaagheden. Inzicht geven in het blijvende karakter van angst kan ondersteunend zijn. Niet zoeken naar oorzaken, maar uitleg geven.
De lichamelijk symptomen zorgen ervoor dat je verder in de angst schiet en gedachten krijgt dat je er geen controle op hebt. Het helpt niet als anderen je vertellen dat je niet bang hoeft te zijn. Zoals het ook niet helpt als je probeert geen negatieve gedachten te hebben.
Vaak willen mensen met autisme niets of weinig weten van ademhaling oefeningen of yoga of mindfulness. Toch is het van groot belang dat je bij sociale angst leert je lichamelijk symptomen te reguleren. Dat is, volgens mij, de enige manier om grip te krijgen op sociale angst. De angst wordt uitgelokt door de lichamelijke signalen die je niet kan reguleren. Door deze symptomen denk je dat iedereen het ziet en je raakt in paniek omdat je niet kan voldoen aan het perfecte plaatje. Nare gedachten kan je ombuigen, maar pas als je grip hebt op de lichamelijke signalen kan er iets veranderen. Hiervoor heb je een beetje inzicht nodig in hoe je centrale zenuwstelsel werkt. Mensen met autisme willen vaak eerst iets begrijpen voordat ze het ook geloven.
Hoe kan je ervoor zorgen dat je weer kalm wordt? Blijf door ademen zodat je overbelaste zenuwstelsel weer naar de rust kan terugkeren.
6. Wat is selectief mutisme?
Selectief mutisme is volgens Verhulst (2006), een zeldzame stoornis waarbij mensen in on-vertrouwde, sociale situaties niet kunnen of durven spreken (op school, bij vriendjes, in winkels etc.). In veilige situaties waarbij alleen vertrouwde personen aanwezig zijn wordt vaak wel gesproken (Güldner, 2013).
Selectief mutisme kan worden gezien als een verstoring in de communicatieve vaardigheden. Verhulst (2006), schrijft echter dat een angststoornis een betere beschouwing is van selectief mutisme. Vaak zijn mensen die hieraan lijden wel in staat om te spreken, maar durven zij dit niet in sociale situaties. Daarnaast heeft 90% van de mensen met selectief mutisme een sociale angst of sociale fobie.
Wanneer selectief mutisme bij kinderen ernstige vormen aanneemt, kan dit voor slechte sociale aanpassing zorgen met het risico op sociaal disfunctioneren voor de rest van hun leven (Kolvin & Fundudis, 1981).
Wanneer je dit bekijkt vanuit de polyvagaal theorie zou je bij de begeleiding uit moeten gaan van het bewerkstelligen van coregulatie. Bij mensen met autisme met een gemiddelde of hogere intelligentie is uitleg geven over het autonome zenuwstelsel een mogelijkheid. Wat je ziet is dat er door inzicht hierin de client gaat zien en ervaren “ik kan hier niets aan doen of ik ben niet zwak of gestoord”. Dat feit alleen al is winst en kan opening bieden tot meer gesprekken.
In het volgende blog "Autisme en sociale angst Deel 2" meer hierover.